De gouden bondscoach Robin van Galen

De Gouden Bondscoach Robin van Galen

Ik ben 3 jaar bondscoach van de waterpolodames geweest, tussen 2005 en 2008. In die drie jaar hebben we in een fulltime programma getraind wat inhoudt dat je 5 uur per dag traint en dat je ongeveer 4 maanden per jaar in het buitenland zit voor trainingskampen en toernooien.

Omdat je zo intensief met je sport bezig bent is er geen tijd om te werken en soms blijft er een paar uur over voor studie. Uiteraard moet iedere sporter wel een bepaald inkomen hebben om van te leven. Daar heeft het NOC/NSF de zogenaamde A-status voor bedacht. Je hebt meerdere faciliteiten en een inkomen van tussen de 1000 en 1500 euro per maand afhankelijk van je leeftijd en ervaring. Het zijn natuurlijk geen “voetbalbedragen” maar je hoeft je in ieder geval geen zorgen te maken over je vaste lasten. In 2008 werden wij Olympisch Kampioen omdat we een talentvolle generatie hadden, goede begeleiding en een fantastisch fulltime programma.

Vier jaar later

Vier jaar later ziet de waterpolowereld er opeens heel anders uit. Met een andere begeleiding, nieuwe generatie maar wel hetzelfde fulltime programma werd de kwalificatie voor Londen maar net gemist. Ondanks dat wil bijna de gehele ploeg door naar Rio2016. Wat onontbeerlijk in dit traject is is nog steeds het fulltime programma. En juist dat, staat op dit moment onder druk. Volgens de normale richtlijnen zou de A-status in februari 2013 niet verlengt worden door de slechte prestaties van afgelopen jaar. De vraag is wat het NOC/NSF gaat doen. Er zijn 2 scenario’s wat mij betreft. In het eerste wordt de A status verlengt tot en met de WK 2013 (in juli in Barcelona) en daar moet een plek bij de eerste 6 behaalt worden om daarna de status en daarmee het fulltime programma te verlengen.

Een ander scenario is dat de financiele stekker eruit getrokken wordt waardoor de toekomst van het dameswaterpolo in zwaar weer komt want dan is er geen fulltime programma meer. Speelsters zullen dan moeten gaan werken en minder trainingsarbeid kunnen verrichten. Als je minder traint zullen de prestaties op een EK of WK minder goed zijn waardoor we maar weer moeten afwachten of we ooit weer bij de echte wereldtop komen.

Met andere woorden. Als het NOC/NSF slim is kiezen ze voor het eerste scenario want het risico van wegzakken uit de wereldtop is bij het tweede scenario veel te gevaarlijk aanwezig. Nu maar hopen dat ze mijn advies opvolgen.

–Robin van Galen